Na West-Europa en Slovenië ga ik met Hongarije een onbekende wereld in.
Gedaan met de eurootjes, op naar forinten en ongekende wegen.
Tussen nu en Polen zijn mijn route evenals de bestemmingen nog onbekend. Het is een beetje kijken waarheen mijn fiets me zal leiden en welke ontmoetingen of plaatsen mijn pad zullen bepalen.
Wat al snel opvalt is de hoeveelheid kleine boerderijtjes langs de baan. Met veel grote moestuinen en vaak kleurrijke bloemen en planten.
Een aanzienlijk deel van de Hongaren doet aan eigen voedselvoorziening. Opmerkelijk is dat ook hier erg weinig jongeren op het platteland te bespeuren zijn, net als in Slovenië.
De plaatselijke dorpswacht weet me te vertellen dat de mensen maar 300 euro per maand verdienen en daarmee ook zichzelf in eigen voedselbehoeften moeten voorzien. De klimaatimpact van deze mensen is dus zeer beperkt.
De voedselconsumptie draagt met 20% voor een zeer groot deel bij tot de opwarming van onze planeet.
Korte keten, lokaal en seizoensgebonden voedsel, zijn heel wat beter dan de grootschalige landbouw waarbij de producten soms meerdere malen de wereld moeten rond reizen. Deze kleine landbouwers doen dus nu al wat vele milieuorganisaties willen aanmoedigen. Al heb je in Hongarije niet enkel de kleine boertjes met hun moestuin maar ook de veeleer grootschalige landbouwers die voornamelijk graan produceren. Dit wordt ook sterk aangemoedigd door de overheid. “Het komt er op neer dat je in Hongarije een 20-tal procent van de bevolking hebt die om ecologische principes vooruit wil en zelfvoorzienend wil zijn en de andere 80 willen eigenlijk ook een Mercedes of Bmw.” Vertelde de dorpswacht me.
Wel is men hier zeer spaarzaam met zijn wateverbruik. Dit omdat heel wat water van kwel voorkomt en men dit niet wil kwijtraken door verlaging van de grondwatertafel.
Op mijn tweede en derde dag ben ik langs het Balaton-meer gefietst. Een groot en zeer ondiep meer ten zuidwesten van Boedapest. Het is een zeer toeristische plek met overal winkeltjes, een soort fietspad langs het meer met lampen op zonne-energie, je moet er betalen voor ieder strandje als je in het meer wil gaan zwemmen, enzovoort. Je treft er overal hotels, campings en handelszaken. Alsook een enorme hoeveelheid Duitse en Oostenrijkse toeristen.
Op de heuvels langs het meer zien we wijngaarden, abrikozen en pruimelaars. Het lijkt wel een beetje Italië! Ook Belgen, zo ben ik per toeval op enkele Aalsterse kennissen vanuit het verenigingsleven gestoten. Na een zoektocht naar een kleine rustige camping heb ik een uitgedoofde vulkaan beklommen en wat genoten aan het meer. Een verfrissende duik was meer dan welkom gezien de temperaturen de laatste dagen weer vlot boven de 30 graden gaan.
’s Avonds werd ik ook nog getrakteerd op een soort dansfeest met Hongaren in traditionele klederdracht.
De volgende dag ben ik om de hitte voor te zijn om 6u vertrokken naar het dorpje Kolontar. Eens ik het meer verliet was het zeer snel gedaan met de wijngaarden en toeristische drukte maar kwam je al gauw in een landschap waar graslanden, bossen en graanakkers elkaar afwisselden.
Het dorpje Kolontar, is bij sommigen misschien ook wel gekend van de slibramp zeven jaar geleden, die aan acht mensen het leven kostte.
Een grote basis met zwaar vervuild rood aluminiumslib was doorgebroken en heeft het hele dorpje overspoeld.
Je treft er nog een huisje waar je duidelijk de rode lijn ziet van het slib en waar alle restanten gebleven zijn zoals net na de ramp. Ook staat er een gedenksteen voor de overledenen. Ik werd er onmiddellijk aangesproken door een Hongaar die met handen en voeten in zijn eigen taal probeerde uit te leggen welk drama ze daar hebben meegemaakt. Een drama dat ook bij ons in Vlaanderen ooit had kunnen gebeuren. Zo hebben we in de buurt van Zelzate de gipsberg. Een vroegere stortplaats met zoutzuur die ook dreigde te barsten en zo dorpen te overspoelen. Maar waar ze er net op tijd bij waren en deze heuvel nu hebben omgevormd tot het grootste zonnepark van ons land. Milieurampen blijven dus mogelijk, ook bij ons in West-Europa, en zijn niet enkel verhalen uit een ver verleden.
De dag erna ben ik naar Boedapest gefietst. Daar had ik afgesproken met wat plaatselijke milieu-activisten. Ze hebben me de situatie van hun land uitgelegd en ondertussen heb ik mee flyers helpen klaarmaken. Deze zijn bestemd als tegenbericht voor een nieuwe kerncentrale die de Hongaarse overheid wil bouwen.
Daar waar Hongarije nochtans voldoende potentieel en ruimte heeft voor zonne- en windenergie. Investeringen hierin worden blijkbaar eerder ontmoedigd om zo te kunnen verantwoorden dat een nieuwe nucleaire centrale nodig is. Ik heb tot nu toe ook nog geen enkele windmolen gezien hoewel er meer dan genoeg wind was.
Met Kothalo is er een Hongaarse bbl sinds 1997 die milieuorganisaties groepeert. Er is wel een groene partij maar milieu en klimaat staan er momenteel niet noemenswaardig op de agenda. Migratie is veeleer het grote thema. De Hongaren kiezen met Orban voor zelfbescherming en hebben hun grenzen gesloten voor de vluchtelingen.
Boedapest daarentegen is blijkbaar een groot stuk progressiever dan de rest van het land. Ze houden ieder jaar een ‘critical mass’ met vele duizenden fietsers. Ze hebben deels zeer goede fietspaden, die wel soms plots stoppen en je in een eenrichtingsstraat doen komen, waar je als fietser niet in mag, maar je ziet dat er investeringen gedaan worden. Er is een uitstekend netwerk van openbaar vervoer met trams en bussen dat zowel overdag als ’s nachts goed draait. De nodige investeringen hierin laten echter op zich wachten. Daar de lokale (Boedapest) en hogere machten (Orban) niet de beste vriendjes zijn.
Na nog wat gepraat te hebben over hoe we zoal in België de toekomst zien, ben ik de stad zelf gaan verkennen.
Natuurlijk heb je het bekende parlementsgebouw aan de Donau, wat toch wel zeer indrukwekkend is. Nadien ben ik op één van de heuvels gefietst waar je een prachtig zicht hebt op de stad, die oorspronkelijk uit twee steden bestond, namelijk Boeda en Pest. Ieder aan één kant van de rivier. Een bezoekje aan de Gellert-baden volgde.
Na de warme thermische baden ben ik in de stad gaan kijken naar de pride die daar plaats vond. Deze is iet wat controversieel en heel wat minder vanzelfsprekend dan bij ons.
Het hele parcours is afgezet door politie en dranghekkens. En om de twee à drie straten zag je tientallen zwaarbewapende eenheden klaar staan. Redelijk schrikwekkend. Ook bij de pride zelf zag je stewards en politie die een lijn vormen tussen publiek en deelnemers. Er was bijna meer politie aanwezig dan deelnemers.
’s Avonds heb ik dan nog even genoten van Boedapest by night. Op de zwoele zomeravonden verzamelen jongeren aan het water en kruipen op de bruggen om in alle ‘rust’ te genieten van het uitzicht met een drankje.
De volgende dag ben ik dan via de Donau richting Bratislava gefietst, dit is ook een deel van het eurovelonetwerk. Onderweg heb ik Visegrad doorkruist, een dorpje met een oude burcht uit het roemrijke Hongaarse verleden. Gelegen aan de donaubocht waar de rivier zich tussen de heuvels slingert.
Omdat het overal ‘big jump’ was, ben ik ook in de Donau gesprongen. De rivier die na de aluminiumramp ook tijdelijk zeer zwaar vervuild was. Zuiver water en rivieren blijven nog steeds een groot issue. Ook de inrichting van onze waterlopen kan nog heel wat beter. De groene overstromingszones en ruimte voor natte natuur is meer dan nodig en helpt het evenwicht in onze rivieren te bewaren. Daar we door de klimaatopwarming vaker met waterproblemen gaan geconfronteerd worden, is samenwerking tussen de verschillende instanties meer dan nodig; scheepvaart, natuur, landbouw en recreatie.
En als er een deeltje natuur verdwijnt voor bijvoorbeeld een nieuwe sluis, waarom dit niet eerst compenseren, voor het vernietigen ervan? In plaats van zoals nu en eventueel later proberen compenseren maar merken dat er geen ruimte is en dan ergens een potje geld opbergen… Alleszins stof tot nadenken.
Die avond wel een heerlijke kampeerplek gevonden langs de rivier.
Het onweer dat me al enkele dagen leek te achtervolgen heeft me die nacht wel ingehaald. Wat gedonder en gebliksem, samen met wat fikse regenbuitjes hebben helaas tot niet voldoende afkoeling geleid.
De fietsinfrastructuur langs de Donau was wel een stuk minder dan verwacht. Een hobbel fietspad met af en toe een mooi stukje asfalt. Maar toch een zeer groot deel een grote baan met talloze vrachtwagens en dat bij een temperatuur van 43•c, is niet altijd even aangenaam. Gelukkig zijn er de vele kleine winkeltjes met vers fruit.
En heb je hier veel vriendelijke Hongaren die met alle moeite een gesprek in het Hongaars willen aanknopen.
En nu op naar Slovakije!
.
.
Vr ons is Hongarije een prachtig land !!! Wij gaan al 16 jaar nr het Bakonygebergte . Rust , geen toerisme , wouden , lekker eten en heel vriendelijke mensen . We hebben daar onze Hongaarse vrienden en worden steeds met veel liefde omringd. Hongaren zijn trots op hun land en dat tonen zij des te meer . Ingrid uit Gijzegem – Aalst
LikeLike
Een goed en vlot geschreven artikel. Wij wonen al enkele jaren in Hongarije. Prachtig land, vriendelijke bewoners en persoonlijke veiligheid zoals men die in Vlaanderen en de rest van ons land spijtig genoeg niet meer kan vinden. Hier kan een dame nog gerust bij avond door de stad wandelen, zonder te worden belaagd. De politie treedt in het algemeen korrekt op en is beleefd. Overigens heeft de doorsnee Hongaar veel meer eerbied voor het milieu dan de doorsnee Belg. Weinig of geen zwerfvuil in de straten.
LikeLike
Het blijft boeiend . Mooie en leerrijke ervaringen! Aangenaam dat we je ook af en toe op een foto zien. We blijven je met aandacht volgen en hopen dat alles veilig verloopt, knuffel,
moeke en papa
LikeLike